zondag, april 28, 2024
Home Blog Pagina 10

Natuur en ICT – projectplan ’t Groeske

Hoe zorg je ervoor dat innovatie echt van de grond komt? De I-coördinator is een persoon die vanuit een brede kijk op onderwijskundige vernieuwing en kennis van technologie het hele team in beweging brengt en een impuls geeft aan het leren voor de toekomst.

“If the individual has a warm personal understanding of the land, he will perceive of his own accord that it is something other than the breadbasket. He will see land as a community of which he is only a member…He will see the beauty as well as the utility of the whole, and know that the two cannot be seperated. We love (and make intelligent use of) what we have learned to understand.”

Aldo Leopold

Voor Jenaplanschool Adelbrecht-Windekind schreef ik een innovatieplan met als doel verbinding te realiseren tussen de leraar/leerling en natuurpark ’t Groeske. ’t Groeske is een groen natuurparkje gelegen te midden van Groesbeek, aangrenzend aan de school en verbonden aan park Mariëndaal.

Aanleiding innovatieplan
De Adelbrecht-Windekindschool is een Jenaplanschool waar leren met hoofd, hart en handen centraal staat. De school is in 2009 verhuisd naar een nieuwe locatie binnen Groesbeek. Het team had een sterke wens om van de speelpleinen natuurlijke speelplaatsen te maken. De mogelijkheden daarvoor bleken in de praktijk beperkt gezien de wettelijke voorschriften voor een bepaald minimum aantal vierkante meters verharding die vereist was. De leerkrachten keken daarom ook uit naar mogelijkheden om de groenstrook naast de school te gebruiken voor spelen en natuuronderwijs. Deze groenstrook was echter vervuild en niet goed bruikbaar. Verschillende ontwerpers hadden ideeën voor het park, maar er kwam niet iets van de grond. Eén van de ouders van school die op de Radboud Universiteit ook beroepsmatig met natuur, duurzaamheid en participatie aan het werk was, is in 2011 op verkenning gegaan naar mogelijkheden voor ontwikkeling van het park als speel- en ontmoetingsplek en groen klaslokaal. 

Grondslag
De behoefte aan natuureducatie heeft een diepere grondslag. Nu buurtpark ’t Groeske klaar is, leeft opnieuw de behoefte in het team om natuureducatie op school te verbeteren. Nieuwe kansen om verbinding te realiseren met dit park tussen de leerling en leraar, de buurt en de natuur. Het realiseren van deze verbinding is vanuit een behoefte van het team. Veel kinderen komen weinig buiten in de natuur en voelen dan ook weinig verbinding met de natuur in hun eigen leefomgeving. Datzelfde geldt voor veel burgers. Slechts weinigen kennen de rijkdom of nood van de natuur in hun eigen woonplaats. De ervaring van dat je er iets mee te maken hebt zijn we kwijt geraakt. Zo is het ook in onze relatie met de natuur. Het besef van de rechtstreekse verbondenheid met de natuur. De school is ervan overtuigd dat we door mensen zelf in aanraking te brengen met de natuur, zij zich pas écht bewust worden van de waarde ervan. Daarom vinden zij het belangrijk om kinderen al van kleins af aan de natuur van dichtbij te laten beleven. Eén van de uitgangspunten van de school is, dat zij probeert met de kinderen de zin der dingen te ontdekken. Natuurbeleving is daar een voorbeeld van. Slechts weinigen kennen de rijkdom of nood van de natuur in hun eigen woonplaats. Een besef van de onderlinge verbondenheid van alle leven op aarde is latent in ieder mens en kind aanwezig, maar weinig ontwikkeld.

  • Hoe kunnen we deze verbinding met de natuur helpen herstellen?
  • Hoe zorgen we dat kinderen weer enthousiast raken en zich voor de natuur in hun eigen omgeving gaan interesseren en misschien ook willen inzetten?
  • Welke rol kunnen leerkrachten, ouders en wijkbewoners daarin spelen?

Kernkwaliteiten
Uitgaande van de Jenaplankernkwaliteiten, de uitslagen van tevredenheidsonderzoeken en evaluaties van het eigen beleid en opbrengsten, zijn nieuwe ontwikkelpunten vastgesteld voor de komende vier jaar. De komende vier jaar is de schoolontwikkeling gericht op het zoeken naar samenhang: transfer in de vakgebieden, samenwerkingsvormen met partners, de buurt, andere scholen, collega’s, ouders, onderwijsondersteuners. De komende jaren staan alle ontwikkelingen binnen de school in het teken van: In samenhang recht doen aan verschillen! Het belang van het functioneren in een buurt wordt benadrukt door het betrekken van de buurtbewoners bij allerlei activiteiten. In het bijzonder bij de ontwikkeling van het groene klaslokaal (leren in, van en over de natuur) in buurtpark ’t Groeske.

ICT
De school zoekt aansluiting bij maatschappelijke ontwikkelingen. ICT krijgt een steeds prominentere rol binnen onze samenleving, zo ook op de school. Het Jenaplanonderwijs kenmerkt zich door zinzoekend, wereld-oriënterend, ontwikkelingsgericht, ervaringsgericht, kritisch en coöperatief te zijn. Daarbij wordt digitale geletterdheid als een belangrijke meerwaarde van het onderwijs gezien. 

Moonshot
Als je kijkt naar natuur- en milieu filosofen en wat die eigenlijk zeggen wat het probleem is rondom duurzaamheid, dan is het dat mensen de verbinding met de natuur, de directe verbinding, de ervaring van dat ze er iets mee te maken hebben kwijt zijn geraakt. Volgens mij is dat het grotere verhaal, de moonshot. De vraag is: hoe kun je die verbinding herstellen als we naar een duurzame samenleving toe willen en eigenlijk wensen dat mensen mee verantwoordelijkheid nemen daarvoor? Dan gaat het over die verbinding herstellen en hoe doe je dat? Als mensen in hun eigen buurt al niet verder willen kijken dan hun eigen tuintje, wat wil je dan met grote projecten in de wereld? Hoe raak je iets in mensen dat ze enthousiast raken en meer geïnteresseerd in de natuur en hun omgeving?
Dat kan misschien door iets te vinden wat mensen nu in deze tijd zo fascineert. Voor velen is dat ict en de smartphone.

Verbinden natuur en ict
Hoe herstellen we de verbinding tussen mensen met de natuur? We maken immers onderdeel van die natuur uit. Het besef terugbrengen dat we eigenlijk onderdeel van de natuur uitmaken. Het is een cognitieve en spirituele verschuiving in onze waarneming van de realiteit. Op dit moment staan de meesten van ons eigenlijk maar wat toe te kijken. We doen er alles aan om dingen niet te hoeven voelen.
Aan het begin van mijn onderzoek heb ik met een aantal rolzenders gesproken. Uit gesprekken met deze mensen kwam naar voren dat de wil er wel is om verbinding met de natuur te realiseren, maar men niet goed weet hoe dat te doen. De behoefte aan ervaringsgerichte natuureducatie is al eerder aanwezig geweest, ook op de oude locatie van de school: er is training geweest, de materialen waren voorradig en nu ligt het park pal naast de school. Toch blijft het liggen terwijl de ingrediënten er zijn. Hoe kan dat? Vanuit dit gegeven vertrek ik.

Het lijkt mij interessant om juist die ict-technologie te verbinden met het inhoudelijke onderwerp natuur en kijken of je via die route ook mede de interesse in duurzaamheid en de natuur weer kunt wekken en zo een middel is om kennisoverdracht te bevorderen. Het doet me denken aan de volgende quote van Mandela: ‘If you talk to a man in a language he understands, that goes to his head. If you talk to him in his language, that goes to his heart.’

Als ict of technologie de juiste taal blijkt te zijn om opnieuw een verbinding tot stand te brengen, dan kunnen we daar gebruik van maken. Door aan te sluiten bij deze fascinatie van kinderen kunnen we technologie verbinden met het inhoudelijke onderwerp natuur en mede via deze route nieuwe interesse wekken. Aan de ene kant kan ict vervreemdend werken. Je hebt eigenlijk niemand meer nodig, want je hebt je apparaatje. Dat kan een grote afstandelijkheid creëren in een samenleving. Maar ik wil het graag omdenken: je kan het juist ook voor iets goeds laten dienen en dat het dichtbij komt. Het besef van de verbondenheid met de natuur. Het laten zien van de schoonheid ervan en hoe het ingenieus in elkaar zit. Het is een in het oog springende trend dat veel kinderen tegenwoordig een passievolle relatie hebben met nieuwe media en technologische ict-gadgets. Door aan te sluiten bij deze fascinatie van kinderen kunnen we deze verbinden met het inhoudelijke onderwerp ‘natuur’ en via deze route nieuwe interesse wekken. Als kinderen met hun apparaatje de natuur in gaan dan zijn ze misschien eerst opgewonden omdat ze daar iets mee mogen doen, maar het zou heel goed kunnen dat ze gaande weg ook echt geïnteresseerd raken in de natuur en wat ze daar zien. Als je met leerlingen op zo’n manier werkt en hen apparatuur mee geeft dan kan dat wel heel interessant zijn denk ik. De technologie kan daar dienend en letterlijk verbindend in werken.

Kind als onderzoeker
Uitgangspunt voor het project is het werken aan de kerncompetenties voor de 21e eeuw. Hierbij gaat het om: kritisch denken, creativiteit, probleemoplossende vaardigheden, communicatie, samenwerken, ICT-geletterdheid, sociale en culturele vaardigheden, inclusief burgerschap. Deze vaardigheden, die steeds belangrijker worden in het leven van onze kinderen, vragen om krachtige leeromgevingen waarin deze vaardigheden optimaal tot ontwikkeling kunnen komen. Zo’n krachtige leeromgeving is ’t Groeske. Het wordt het steeds belangrijker om kennis op waarde te kunnen beoordelen. Ook het kunnen toepassen van kennis in diverse contexten wordt steeds meer van belang. Dit doet een beroep op meta-cognitieve vaardigheden waarbij vragen zoals ‘hoe kan ik mijn leerproces sturen?’ en ‘welke strategieën moet ik inzetten om bepaalde kennis te vinden of te verwerven?’ van belang zijn.

Project realisatie en suggesties
Ik denk dat dit project en de ideeën daarbij uitvoerbaar zijn voor iedere school. Een aantal van deze ideeën zijn voor het onderwijs interessant, maar ook voor het toerisme in Groesbeek.

Digitale atlas
Ontwikkeling van een digitale lokale natuuratlas, gevuld en samengesteld en jaarlijks uit te breiden door kinderen met kloppende informatie. Leergangen kinderen kunnen eraan bijdragen. Dit zou je kunnen uitbreiden van ’t Groeske, naar andere delen van Groesbeek en andere scholen binnen SPOG. Kinderen maken foto’s, verslagen, interviews met specialisten, filmpjes en tekeningen die ze kunnen uploaden en dat die dan terug te vinden zijn! 

Video presentatie
Met behulp van apps kun je interactieve video’s opnemen over o.a. de flora van ’t Groeske. Leuk om te verwerken in een presentatie. Voorbeelden zijn Videolicious, Clips van Apple of met Adobe.

Natuur en educatietocht met iBeacons
iBeacons zijn kleine zendertjes, die gericht informatie naar mobiele telefoons sturen als je in de buurt bent. In een museum sturen iBeacons meer informatie over een kunstwerk waar je naar kijkt. Op een muziekfestival kunnen iBeacons de weg wijzen naar het juiste podium.
Je zou in ’t Groeske een volledige iBeacon-dekking kunnen maken en daar dingen bij kunnen verzinnen. Bijvoorbeeld doorlinken naar de digitale atlas van de kinderen of naar andere informatie of naar luisterfragmenten van dieren.

iBeacon is de merknaam die Apple hanteert, maar in het algemeen zie je ook wel de term beacons (het Engelse woord voor bakens).

Levenswebben
Wie eet wat? Analyseren hoe alle soorten van elkaar afhankelijk zijn. Hoe de vogel een rups eet, de rups eet de watervlo en die watervlo eet weer…. Zo kun je zien hoe het systeem in elkaar zit, dat kan ook eerder weer een gevoel van ontzag of verwondering geven over de natuur en dat kan welk heel erg leuk zijn als je dat weer in beeld kunt brengen met behulp van ICT.

Webcam nestkastjes
Wat mooi zou zijn is bijvoorbeeld om het leven in vogelkastjes te analyseren met behulp van een webcam. Zwaluwen die aan het oefenen zijn met hun vleugels in de zwaluwhokjes, omdat zwaluwen eigenlijk nooit zitten. Zwaluwen vliegen altijd. Ze slapen zelfs vliegend. Dat zijn mooie dingen om te bekijken met kinderen. Dan kun je die verbinding echt een klas inbrengen, omdat je dan mee kunt kijken in zo’n nestkast. Innovatie? Nee. Vernieuwend voor de school zeker! Helemaal als je ze zelf knutselt. Je kunt als school zo ook nog meer de verbinding met de wijk maken. Zeker ook als je naar de geschiedenis kijkt rondom de school. Met een mini wifi camera voor een vogelhuisje, mis je geen moment van de natuur om je heen. Met deze kleine camera zie je namelijk precies wat er in de nestkast plaatsvindt. Van het leggen van eieren tot aan het uitvliegen van het jonge kroost. De beelden bekijk je eenvoudig via je smartphone, desktop of tablet. Een mini wifi camera voor in een vogelhuisje is makkelijk te plaatsen zonder dat het veel ruimte inneemt. Je bent de vogels dus niet tot last. Zo kun je meegenieten op afstand, zonder dat je de diertjes stoort tijdens het nestelen.


Naast het park staan nu nieuwe huizen, maar bij de oude huizen waren volop zwaluwnestkasten, want daar zaten veel zwaluwen. Toen de huizen werden gesloopt verdwenen daarmee de zwaluwen. Zij zijn niet meer terug gekomen. Er zijn ook geen nieuwe zwaluwkasten meer gemaakt. Misschien zijn er mensen in de buurt die het leuk zouden vinden om samen met de school mee te helpen om ze daar weer te krijgen. Misschien zouden we ook een uilenkast kunnen maken. Tijdens het kappen van de bomen verdwenen ook de uilen. Naast dat herstellen zou het mooi zijn om dit dan te kunnen volgen via een camera.

Vogel GPS
Het volgen kan ook met cameraatjes die je bij de vogel om de pootjes doet, zodat je de route van de vogel kunt nagaan van hoe ze gevlogen zijn. Henk Klaassen doet hier onderzoek naar op de universiteit.

Programmeren met arduino’s
Programmeren is een vrij abstract onderwerp, hoe visueel en kindvriendelijk de programma’s tegenwoordig ook zijn.
Je kunt met voorgeprogrammeerde | ingestelde arduino’s de natuur in. Praktisch met kant en klare ingerichte bakken en opdrachten. Zo gaan de kinderen met sensoren fysiek aan de slag. Met hun vingers de grond in en signaleren, bekijken, interpreteren. Zeer interessant voor o.a. hoogbegaafde kinderen.

GPS-foodwalk langs de Groesbeek
In het park ligt een klein gedeelte van De Groesbeek, de in oude staat herstelde beek waar Groesbeek zijn naam aan dankt. Het is leuk en eenvoudig een educatie GPS-tocht te ontwikkelen gemaakt door kinderen en leraren, voor kinderen en toeristen, oftewel een interactieve leerwandeling.

Vogelgeluiden – inventariseren van vogels in het Groeske
Vogels zingen voor verschillende doeleinden. Communicatie is daar één van. Zo kunnen ze zingen om vogels van het andere geslacht te verleiden, om hun territorium te verdedigen en om duidelijk te maken welke vogel ze precies zijn.
In het baltsseizoen zingen de vogels om een partner te vinden. De mannetjes proberen zo mooi mogelijk te zingen zodat de vrouwtjes worden verleidt. De vrouwtjes reageren op de mannetjes door ook te zingen.

BirdNET is een app waarmee je supersimpel vogelgeluiden herkent. De app gebruikt kunstmatige intelligentie om computers zo te trainen dat zij meer dan 3000 vogelgeluiden herkennen. Neem het geluid van de vogel op en de app voorspelt welke het moet zijn. Klik op het resultaat en lees online alle beschikbare informatie over het vogeltje. Plus heel veel mooie foto’s.

Download gratis voor Android en iOS.

Hommelnesten in beeld
Statief met cameraatje in een hommelnest. Zo kun je ze erin en eruit zien kruipen. Dan kun je dat binnen zien gebeuren, maar ook naar buiten gaan, naar de plek waar de hommels zitten.

Digitale microscoop op het digibord
Verzamel buiten allerlei levende en niet levende materialen en neem ze mee terug naar de klas. Denk aan slakken, kleine diertjes, vliegjes, herfstblaadjes, bloemen met meeldraden, zaaddozen, pluimen, enzovoort.
Leg ze onder de digitale microscope en projecteer ze op het digibord.

Digitale informatieborden
Op bepaalde plekken in het park, waaronder de 4 eilanden, ontbreekt het nog aan informatieborden.
Met behulp van QR-codes is het eenvoudig verwijzigingen te maken. Op deze manier ontsluit je kennis via bebording. Het kan o.a. verwijzen naar een deel van de digitale atlas die de kinderen ontwikkelen.

Digitaal smoelenboek
Een smoelenboek van alle natuurliefhebbers en experts binnen de gemeente; uit te werken samen met kinderen middels interviews evt. gefilmd. Ook interessant voor de lokale omroep.

Digitaal boek
Je hebt laagdrempelige tools om een online book te ontwerpen. Een voorbeeld is de tool Bookcreator.  

Professionaliseren en inspireren
De randvoorwaarden liggen er. Ik denk dat het een kwestie is van inspireren en warm maken bij het team om de mensen letterlijk in beweging te krijgen. Het borrelt immers al bij de leraren, alleen weet men nog niet goed hoe het park goed te gebruiken. Er zijn leerkrachten die al betrokken zijn en die de binding en passie voor de natuur al in zich hebben. Deze mensen ga ik mobiliseren. Als je iemand hard wilt raken of iemand voelt zich geïnteresseerd, dan gaat dat toch altijd via mensen. 

Ik wil de leraar centraal stellen en hun ideeën en behoeftes in kaart brengen. Hierbij gebruik ik de methode ‘design thinking’ voor. Samen innovatieve en nieuwe oplossingen bedenken, nieuwe ideeën uitwerken en realiseren.
De leerkrachten zijn de gebruikers. Ik wil weten wat voor hén belangrijk is.
Design is een continu proces dat waarde geeft van idee tot aan product, met als resultaat dat het beter te gebruiken is. De ideeën gaan we loslaten op ’t Groeske en mee experimenteren. Design thinking is vooral ‘learning by doing’. Het vereist empathie, kunnen omgaan met complexiteit en de durf om fouten te maken.

Daarnaast wil ik inspiratiesessies opzetten met mensen vanuit verschillende soorten disciplines. De sessies zijn voor de leerkrachten en vrijwilligers uit de buurt. Als je als designer samenwerkt met mensen met verschillende soorten disciplines, heb je meerdere perspectieven op hetzelfde onderwerp en verschillende standpunten die bijdragen aan de oplossing. Op deze manier kan er een veranderingsteam gecreëerd worden van leerkrachten en vrijwilligers, nodig om implementatie te laten gebeuren. De sessies zullen praktijkgericht en opgebouwd worden rond presentaties, veldbezoeken en het uitwisselen van ervaringen. Hierbij wil ik gastdocenten uitnodigen die een scala aan onderwerpen behandelen die, rekening houdend met de seizoenen, over het jaar verdeeld worden. De sessies zijn afwisselend en bieden een kennismaking met (deels lokale) experts van verschillende disciplines waaronder ict, en natuureducatie.

Op safari door de 21e eeuw

Onder de titel “op safari door de 21e eeuw” verzorgde iXperium Nijmegen de iXpiratiemiddag voor het primair onderwijs in en rond Nijmegen. Ruim 100 deelnemers, van leraren, I-coaches tot directeuren, werkten actief in verschillende workshops. Als Mentor Media Educatie gaf ik een workshop programmeren aan deze deelnemers.

Bij de workshop Scratch programmeerden de deelnemers in tweetallen met het programma Scratch. De beginnende programmeurs ondervonden hoe het is om stap voor stap te ontwerpen. Eigen creativiteit en fantasie kregen volop de ruimte in deze workshop.

IMG_1015

De deelnemers waren enthousiast.

Gastdocente in iXperium

Mijntje in het iXperium

Dapper en lef. Twee rake woorden die bij Mijntje passen.
Nog niet zo lang geleden was ik onder de indruk van een presentatie die zij gaf aan haar klasgenootjes.
Op woensdag heb ik de luxe dat ik leraar mag zijn in gr. 8 van Bs Adelbrecht-Windekind.

Presenteren is een belangrijke vaardigheid en Mijntje gaf een presentatie over de vluchtelingen in Heumensoord. Ze gebruikte daarbij Prezi.
Ik vroeg aan haar of zij dit kunstje wilde herhalen voor een groep leraren in het iXperium en zo geschiedde. In het iXperium heeft zij laten zien hoe je de actualiteit verbindt met het onderwijs. Daarbij kun je een presentatiemiddel als Prezi gebruiken.

Bewonderenswaardig vond ik het dat ze haar presentatie begon met het formuleren van een persoonlijk leerdoel voor de avond.
Stel je eens voor… Je staat als kind voor zo’n 30 leraren die je niet kent en je durft je zo kwetsbaar op te stellen! Dat is pas lef!
Durf jij dat?

En ik? Trotse leraar!

Een blik op de toekomst

Voor het magazine ‘Chronos’, schreef ik een bijdrage: een blik op de toekomst – de rol van ict in het Primair Onderwijs. Chronos is de naam van de alumnivereniging van Pabo Groenewoud (Pabo Nijmegen) van en voor oud-studenten en -docenten.

Marc Coolen is mediamentor in het iXperium Nijmegen. Vanuit deze functie professionaliseert Marc leraren in het PO op het gebied van leren en lesgeven met en over ict. Naast deze functie is Marc stamgroepleider van groep 7-8 op Jenaplanschool Adelbrecht-Windekind in Groesbeek én oud-student aan de Pabo Groenewoud.

Technologie heeft de manier waarop we samen werken en leven enorm veranderd. Digitalisering van onze samenleving is al een tijd in volle gang. Ook in het Primair Onderwijs heeft technologie een toenemende invloed. Het betekent echter niet dat dit ook ten goede komt aan de kwaliteit voor het onderwijs. In het iXperium, een samenwerkingsverband tussen onderwijs, lerarenopleiders en onderzoekers op het gebied van leren met ict, onderzoeken we de mogelijkheden van ict-rijk onderwijs, ontwikkelen we kennis en bieden we begeleiding bij de implementatie.

Rol
Het ontwikkelen van kennis en het investeren in professionalisering van leraren en schoolleiders op het gebied van leren met ict vind ik belangrijk; wat werkt wel, wat niet, is er onderzoek naar gedaan en hoe vertalen we dat onderzoek naar de school, oftewel naar de onderwijsprofessionals? 

Uitdagende opdracht
Dat is een complexe opdracht. Het gros van de leraren is niet opgegroeid met ict, maar wordt wél geacht op een doordachte manier goed onderwijs met ict te verzorgen. Daar ligt een grote uitdaging; wanneer heeft ict een meerwaarde, hoe blijf je weg van hypes en hoe blijft het verzorgen van goed onderwijs uitgangspunt?

Voorbij de hypes
Naast mijn rol in het iXperium, ben ik leraar in groep 7-8 van Jenaplanschool Adelbrecht-Windekind in Groesbeek, een school die valt onder SPOG. Daar ondervind ik aan den lijve hoe eenvoudig het je wordt gemaakt om met de hypes van het moment mee te gaan. Mijn postvakje puilt uit met folders vol gelikte vernieuwingen, technologische gadgets en wekelijks gaat de telefoon met verkopers aan de lijn van de welbekende technologiebedrijven, die iets ‘mooiers, vernieuwends, beters’ aanbieden… Mijn duo-collega Nico en ik zeggen wel eens gekscherend tegen elkaar: als we niet uitkijken, komen we niet meer aan leren en lesgeven toe! Wij zeggen dat dan wel met een knipoog, maar de kern van waarheid in dezen is mijns inziens, dat kennis van leren in deze tijden van hypes, media en digitaliseringsovervloed van essentieel belang is. Dat begint bij de leraar!

Professionaliseren
‘Ja, maar jij werkt in het iXperium. Bij jou moet zeker alles met ict?’ Het antwoord is nee! Ik ben juist heel kritisch op het gebruik van technologie (in het onderwijs)! Het gaat er bij mij in de eerste plaats niet om hóe we technologie moeten inzetten, maar veel meer óf we wel technologie moeten inzetten. Heeft ict een meerwaarde? Is het wenselijk? Versterkt -of verrijkt het je onderwijs?

We onderzoeken welke kennis en vaardigheden ervoor nodig zijn om ict goed in te kunnen inzetten. We richten ons op de leraar. We hebben leraren nodig met de juiste kennis. Wij nemen hem mee op reis en dat organiseren we het liefst in een ict-rijke leeromgeving. In veel gevallen laten we het leren via de leerlingen zien. Dat organiseren we in het eigen klaslokaal van de leraar of in het iXperiumlab, een inspirerende ruimte waar innovatieve ict-middelen voorhanden zijn. Dan gaat er voor de leraar een wereld open… We laten zien, stellen vragen, leggen uit, laten voelen, laten ervaren… Dat vormt een cruciaal onderdeel van het leerproces; het op waarde schatten van ict en de mogelijkheden zien. Je wordt immers niet vanzelf ict-geletterd.
Het is een van de professionaliseringsaanpakken om tot een doordachte manier van invoering van ict in het onderwijs te komen. 

Meer weten over de verschillende professionaliseringsmogelijkheden van het iXperium Nijmegen? Kijk dan eens op: iXperium Nijmegen.

De Wensboom

Johnny de Mol verrast basisschool Adelbrecht-Windekind in het Gelderse Groesbeek. De kinderen wensen de meest uiteenlopende dingen. Zo wenst een elfjarig meisje dat haar ouders een keer samen tijd kunnen doorbrengen, omdat die mogelijkheid er nooit is door het grote gezin en het bedrijf aan huis. Een jongen uit groep acht wenst voor zijn lievelingsjuffen dat ze eindelijk een keer ten huwelijk worden gevraagd door hun vriendjes. Een achtjarige tweeling wil de droomwens van hun ernstig zieke moeder laten uitkomen en de klas van meester Marc wint de Wensboom rap Challenge van alle deelnemende scholen.

In het feelgood familieprogramma De Wensboom, vervult Johnny de Mol wensen van kinderen. De kinderen mogen echter niet iets voor zichzelf wensen, maar juist voor een ander! En die ‘ander’, dat kan iedereen zijn: een vader of moeder, een zusje, een opa, de buurman, een leraar of een ander kind.

Elke aflevering overvalt Johnny een basisschool ergens in Nederland, en neemt vervolgens de hele school over. Een levensgrote boom en bijbehorende boomhut worden op het schoolplein geplaatst…Johnny zet de school letterlijk op z’n kop! Eén dag hebben de kinderen even geen les maar mogen zij Johnny laten weten welke mooie, leuke, gekke, ontroerende of bizarre wensen zij hebben voor iemand in hun gezin, familie of omgeving.

Stuk voor stuk mogen de kinderen hun persoonlijke wens ophangen in De Wensboom dat bijzondere wensvervullingen tot gevolg heeft. 

Wensboom Rap challenge
Alle klassen van de scholen die meegedaan hebben aan het programma hebben een speciale Wensboom Rap geschreven. We hebben heel veel creatieve inzendingen binnen gekregen. Inmiddels is de winnaar bekend: Groep 7/8 van meester Marc Coolen van Jenaplanschool Adelbrecht-Windekind in Groesbeek! Bekijk hier het filmpje van de geweldige rap die de kinderen gemaakt hebben en op YouTube hebben geplaatst of bekijk het bericht op de Facebookpagina van de Wensboom.

Het hele proces van de wensboom rap challenge zie je hier. In PDF is het hele proces nog eens via foto’s en teksten na te lezen.

Sharing Schools | Skypen met Oeganda

Twee jaar geleden kreeg ik als gift van Heutink ICT een laptop cadeau om te schenken aan Sharing Schools Uganda.
Sharing Schools verbindt scholen in Oeganda met Nederlandse scholen. Ik ben bestuurslid van deze stichting.

De stichting Sharing Schools heeft als doel om de blik van kinderen te verruimen en om ze bewust te maken van verschillende culturen.  Kinderen leren met, van en over elkaar  door uitwisseling van kennis en ervaring op basis van gelijkwaardigheid en respect.

https://www.facebook.com/media/set/?set=a.855132464555077.1073741837.470319926369668&type=3

Een kind omschrijft:
Skypen“Wat een prachtige middag. Vandaag gingen we met een paar kinderen uit groep 7 en 8 skypen met kinderen uit Oeganda. Dit deden we samen met de Oeganda Kids Club van onze school en meester Marc.
We hadden de vragen goed voorbereid. Om de beurt stelden we vragen aan elkaar. En allemaal in het Engels!

“In het begin ontstond er een kleine storing in Oeganda waardoor we wel een kwartier moesten wachten maar dat maakte niet uit want het was heel leuk. Toen Oeganda eindelijk weer verbinding had gingen we Skypen.”


“Ik vind dat de kinderen van Oeganda ook echt hele goeie vragen voor ons hadden bedacht, zoals: Do you use black boards in your class? Do you have boarding-schools or day-schools in Holland? What is the average number of children in a home in the Netherlands?
Nog een leuke vraag was of wij problemen tegen kwamen als we van huis naar school gingen. Een vraag die wij wilde weten was bijvoorbeeld: Waar krijgen jullie je stroom voor de computer vandaan en zien jullie soms ook wilde dieren?”

“Het was zo ontzettend grappig, want we zwaaiden soms naar elkaar en we zeiden “Hallo, hallo, hallo.
Je zag de verschillen tussen ons en de kinderen uit Oeganda wel heel goed, want zij hebben speciale kleren voor school en wij niet en zij hebben allemaal kroeshaar, nou ja dat kunnen wij ook hebben, maar zij zien er bijna allemaal hetzelfde uit, maar dat boeit ook weer niet, want iedereen is toch anders.
We deden ook een muziekspelletje. Zij klapten een ritme en wij klapten het na. In Oeganda doen ze veel met ritme.”
 
“We hebben veel over Oeganda geleerd, ondanks dat je ze bijna niet kon verstaan in hun Afrikaans-Engels. We leerden dat ze vaak apen, impala’s, gnoes en zebra’s zien en dat als ze als ze ver moeten lopen van huis naar school dat ze dan op school blijven slapen en dat ze verschillende juffen en meesters hebben en nog veel meer.”
 
“We zagen ook op de beelden dat hun klaslokaal er heel anders uit ziet dan bij ons, want het leek een beetje op een houten schuurtje waar zij in zaten en je kon de kinderen ook niet zo goed uit elkaar halen. Ze hadden allemaal een uniform aan en ze hadden allemaal bijna dezelfde kapsels. Zij vroegen ook aan ons of wij een krijtbord hadden en wat voor een kleur die dan was, maar wij zeiden van nee, want we hebben een Activeboard. Hun spullen zijn echt niet met die van ons te vergelijken.”
 
“Aan het einde gingen we allemaal doei, doei zeggen en zij probeerden ook doei te zeggen. Maar dat lukte niet zo goed.

Wij vonden het heel leuk om zoiets unieks mee te maken!Als wij over een paar jaar op deze dag terug kijken denken we waarschijnlijk hoe bijzonder dit moment was dat we met deze kinderen konden skypen.”